Auteur archieven: thegemgirl

Zonnesteen

Mineralogische eigenschappen
Naam: Zonnesteen
Samenstelling: Kaliveldspaat (orthoklaas, KAlSi₃O₈) of plagioklaas (albiet, NaAlSi₃O₈), beide zijn combinaties van natrium, kalium, aluminium en silicium.
Chemische formule: KAlSi₃O₈ (kaliveldspaat) of NaAlSi₃O₈ (plagioklaas)
Hardheid: 6 – 6,5 op de schaal van Mohs (stevig genoeg voor sieraden, maar kan krassen krijgen van hardere materialen).
Transparantie: Doorsluipend tot doorschijnend, wat betekent dat licht er gedeeltelijk doorheen kan komen, maar je kunt er niet helder doorheen kijken.
Kleur: Oranje, rood of goudkleurig, vaak met een sprankelende glans die soms koperachtig lijkt.
Glans: Glasachtig of zijdeachtig, afhankelijk van de insluitsels.
Kristalstructuur: Triklinisch (plagioklaas) of monoklien (kaliveldspaat).
Mineralen groep: Veldspaten.

Ontstaan van zonnesteen
Zonnesteen wordt gevormd diep in de aarde in gesteenten die ontstaan uit gestolde lava of magma, zoals pegmatieten en vulkanische gesteenten. Terwijl het magma langzaam afkoelt, groeien de veldspaatkristallen. Soms komen tijdens dit proces kleine deeltjes koper of andere mineralen, zoals hematiet, vast te zitten in de kristallen. Deze kleine deeltjes zorgen voor het bijzondere glinsterende effect van zonnesteen, dat “aventurisatie” wordt genoemd.

Plagioklaas zonnesteen komt vaak voor in vulkanische gesteenten, terwijl kaliveldspaat zonnesteen meestal wordt gevonden in gesteenten zoals pegmatieten die ondergronds worden gevormd.

Geschiedenis
Zonnesteen is al heel lang bekend en werd in verschillende culturen als iets speciaals gezien. De Vikingen gebruikten volgens sommige verhalen zonnesteen als een soort kompas om hun schepen te navigeren. De steen zou lichtstralen van de zon kunnen weerkaatsen, zelfs op bewolkte dagen. In de oudheid werd zonnesteen geassocieerd met zonnegoden en gezien als een bron van kracht en energie. Tegenwoordig is het vooral populair in sieraden, vanwege de warme kleuren en de sprankelende glans.

Bijzondere eigenschappen
Wat zonnesteen zo speciaal maakt, is het glinsterende effect dat optreedt als licht op de insluitsels valt. Dit wordt veroorzaakt door de kleine deeltjes koper of hematiet die in de steen gevangen zitten. Als je de steen draait in het licht, lijkt hij bijna te “stralen,” wat hem een levendige en warme uitstraling geeft. Dit effect komt het beste tot zijn recht in goed gepolijste stenen.

Interessante weetjes
• In Oregon, VS, worden zonnestenen gevonden die koper bevatten. Deze variant is zo bijzonder dat hij is uitgeroepen tot de officiële edelsteen van de staat.
• Plagioklaas zonnestenen worden vaak gevonden in vulkanische gebieden, terwijl kaliveldspaat zonnestenen vaker worden aangetroffen in India en Madagaskar.
• Zonnesteen wordt vaak verward met maansteen, maar zonnesteen heeft een warmere kleur en een intensere sprankeling.

Turgiet

Mineralogische eigenschappen
Naam: Turgiet
Samenstelling: Mengsel van hematiet (Fe₂O₃) en goethiet (FeO(OH))
Hardheid: 5 – 5,5 op de schaal van Mohs
Transparantie: Opaak
Kleur: Roodbruin tot geelachtig bruin
Glans: Metaalachtig tot dof
Kristalstructuur: Hexagonaal (voor hematiet) en orthorombisch (voor goethiet)
Mineralen groep: Oxiden

Ontstaan van turgiet
Turgiet vormt zich voornamelijk als secundair mineraal tijdens de verwering van ijzerhoudende mineralen zoals hematiet en goethiet. Het ontstaat in oxidatiezones van ijzerertsafzettingen, waar water en zuurstof een belangrijke rol spelen in de chemische reacties. Tijdens dit proces kan hematiet gedeeltelijk omgezet worden in goethiet of andersom, wat resulteert in de unieke mengstructuur van turgiet. Dit mineraal komt vaak voor in ijzerertsgebieden met veel vocht.

Geschiedenis
De naam “turgiet” werd voor het eerst gebruikt in de 19e eeuw en is afgeleid van de locatie waar het mineraal veel werd gevonden: Turginsk, Rusland. Het werd historisch gebruikt als een bron van ijzer in mijnbouwgebieden, hoewel het minder puur is dan hematiet. De status van turgiet als een apart mineraal is omstreden; veel wetenschappers beschouwen het als een overgangsvorm tussen hematiet en goethiet in plaats van een eigen mineraalsoort.

Bijzondere eigenschappen
Turgiet onderscheidt zich door zijn kenmerkende kleurverandering bij verwarming of blootstelling aan droge lucht. Het verliest vocht en kan geleidelijk overgaan in puur hematiet. Het heeft vaak een vezelachtige structuur en toont soms een iriserend effect, wat het visueel aantrekkelijk maakt voor verzamelaars. Turgiet is ook opvallend vanwege zijn relatieve zeldzaamheid als natuurlijk voorkomend mengsel van hematiet en goethiet.

Interessante weetjes
• Turgiet wordt vaak aangezien voor hematiet of goethiet, maar kan worden herkend door zijn unieke textuur en kleur.
• Bij verhitting boven 300°C droogt het uit en verandert het volledig in hematiet.
• Het iriserende effect in sommige exemplaren wordt veroorzaakt door dunne lagen en oxidatieprocessen.
• Hoewel het niet vaak als edelsteen wordt gebruikt, wordt turgiet gewaardeerd door mineralenverzamelaars vanwege zijn soms mooie kleurenspel.

Rutiel (kwarts)

Mineralogische eigenschappen
Naam: Rutielkwarts
Samenstelling: Kwarts (SiO₂) met insluitsels van titanium oxide (TiO₂)
Hardheid: 7 op de schaal van Mohs
Transparantie: Doorschijnend tot transparant
Kleur: Transparante basis met goudgele, zilverkleurige, roodbruine of zwarte naaldachtige insluitsels
Glans: Glasachtig
Kristalstructuur: Trigonaal (kwarts) en tetragonaal (rutiel)
Mineralen groep: Silicaten (voor kwarts), oxiden (voor rutiel)

Ontstaan van rutielkwarts
Rutielkwarts ontstaat diep in de aardkorst wanneer hydrothermale vloeistoffen kwarts afzetten in spleten en scheuren van gesteente. Tijdens dit proces kunnen fijne kristallen van rutiel zich vormen binnen het al groeiende kwarts. Rutiel ontstaat door hoge temperaturen en druk en nestelt zich als naaldvormige of vezelachtige structuren in de kwarts. Deze insluitsels zijn niet willekeurig; hun oriëntatie kan afhankelijk zijn van de groeirichting van het gastmineraal.

Geschiedenis
Rutielkwarts is al eeuwen bekend en gewaardeerd om zijn unieke schoonheid. In oude culturen werd het vaak gezien als een ‘steen met haar van de goden’ vanwege de fijne naaldachtige insluitsels. Tijdens de Renaissance werd het populair als decoratieve steen in sieraden en kunstvoorwerpen. Moderne wetenschappers hebben rutielkwarts onderzocht vanwege de fascinerende manier waarop het licht reflecteert en breekt.

Bijzondere eigenschappen
Rutielkwarts staat bekend om zijn opvallende uiterlijk, met delicate en vaak goudkleurige insluitsels die een weelderige uitstraling geven. Deze insluitsels kunnen variëren in dikte, kleur en patroon, waardoor elke steen uniek is. Het bijzondere aan rutielkwarts is dat de insluitsels de transparantie van het gastmineraal niet verstoren, wat zorgt voor een boeiend visueel contrast.

Interessante weetjes
• Rutielkwarts wordt soms ‘Angel hair’ genoemd vanwege de elegante insluitsels.
• Ondanks de zichtbare insluitsels heeft de steen een verrassend glad oppervlak en voelt hij niet ruw aan.
• De insluitsels van rutiel kunnen soms verward worden met goethiet naaldjes. Echter is de samenstelling verschillend omdat goethiet een ijzerverbinding is en rutiel een titanium oxide.

Robijn

Mineralogische eigenschappen
Naam: Robijn
Chemische formule: Al₂O₃ (aluminiumoxide met sporen van chroom)
Mineralen groep: Korund
Kleur: Dieprood tot roze, veroorzaakt door chroom
Hardheid: 9 op de Mohs-schaal (zeer hard, na diamant een van de hardste mineralen)
Glans: Glasachtig
Transparantie: Opaak tot volledig doorzichtig
Kristalsysteem: Trigonaal (meestal zeshoekige kristallen).

Ontstaan van Robijn
Robijnen worden gevormd in metamorfe gesteenten zoals marmer en soms in stollingsgesteenten zoals basalten. Ze ontstaan wanneer aluminiumrijke gesteenten onder hoge druk en temperatuur reageren met chroomhoudende mineralen. Het chroom geeft robijn zijn iconische rode kleur.

Belangrijke vindplaatsen zijn Myanmar (Birma), Thailand, Sri Lanka, Madagaskar en recentelijk ook Mozambique. De kwaliteit van de robijn hangt vaak af van de intensiteit van de kleur en de helderheid.

Geschiedenis
Robijn is al duizenden jaren een van de meest gewaardeerde edelstenen. In oude Indiase teksten werd het “ratnaraj” genoemd, wat “koning der edelstenen” betekent. In Birma (Myanmar) werden robijnen al sinds de oudheid gedolven en gebruikt als statussymbool. Door de eeuwen heen is robijn geliefd gebleven in koninklijke sieraden en kunstwerken.

Bijzondere eigenschappen
Intense rode kleur: Het chroom in robijn geeft de steen zijn kenmerkende kleur, van zacht roze tot fel dieprood.
Hardheid: Robijn is extreem duurzaam en daardoor ideaal voor dagelijks gebruik in sieraden.
Ster robijn: Sommige robijnen hebben een zeldzaam optisch fenomeen genaamd asterisme, waarbij een stervormig patroon verschijnt bij lichtinval.

Interessante weetjes
• De rode kleur van robijn wordt vaak “duivenbloedrood” genoemd als het de perfecte tint heeft, wat deze stenen extra waardevol maakt.
• Myanmar is al eeuwenlang een van de beroemdste bronnen van hoogwaardige robijnen, vooral uit de Mogok-vallei.
• Synthetische robijnen, gemaakt in laboratoria, worden vaak gebruikt in horloges en lasers vanwege hun hardheid en duurzaamheid. Het is soms moeilijk om het verschil te zien tussen synthetische en natuurlijke robijn, omdat beide reageren op UV-licht.
• In de middeleeuwen geloofden mensen dat robijnen beschermden tegen ziektes en ongeluk.

Girasol

Mineralogische eigenschappen
Naam: Girasol
Chemische formule: SiO₂ (siliciumdioxide)
Mineralen groep: Kwarts of opaal, afhankelijk van de variëteit
Kleur: Melkachtig wit tot lichtblauw, met een zachte gloed of reflectie
Hardheid: 6 – 7 op de Mohs-schaal (afhankelijk van de samenstelling)
Glans: Glasachtig tot zijdeachtig
Transparantie: Doorschijnend tot gedeeltelijk doorzichtig
Kristalsysteem: Trigonaal (voor kwarts) of amorf (voor opaal, zonder vaste kristalvorm).

Ontstaan van Girasol
Girasol wordt gevormd uit silica, net als andere soorten kwarts en opaal. Het ontstaat wanneer silica-rijk water neerslaat in holtes of scheuren in gesteenten. De melkachtige gloed die zo kenmerkend is voor girasol, wordt veroorzaakt door microscopisch kleine insluitsels of interne structuren die licht verstrooien.

Girasol-kwarts en -opaal worden voornamelijk gevonden in vulkanische gebieden, vaak in samenhang met andere kwarts- of opaalsoorten. Bekende vindplaatsen zijn onder andere Madagaskar, Mexico en Brazilië.

Geschiedenis
De naam girasol komt uit het Italiaans en betekent “zonnevolger.” Dit verwijst naar de zachte gloed die lijkt te bewegen als het licht verandert, vergelijkbaar met het effect van de zon op water. Girasol is al lange tijd geliefd als siersteen vanwege zijn unieke uiterlijk en wordt vaak verward met maansteen of opaal.

Bijzondere eigenschappen
Lichtreflectie: Girasol heeft een zachte, bijna etherische gloed die ontstaat door lichtweerkaatsing in de steen. Dit effect is subtieler dan het kleurenspel van opaal.
Veelzijdigheid: Girasol kan zowel tot de kwarts- als de opaalgroep behoren, afhankelijk van de samenstelling en vorming.
Zeldzaamheid: Hoewel het niet zo zeldzaam is als sommige andere edelstenen, is de zuivere, melkachtige variëteit met een perfecte gloed gewild.

Interessante weetjes
• Girasol wordt soms “maansteenkwarts” genoemd vanwege de gelijkenis met maansteen, maar het is chemisch gezien anders.
• Girasol is relatief stevig, maar kan soms gevoelig zijn voor barsten als het een hoge waterinhoud heeft (zoals bij girasol-opaal).

Ethiopische Opaal – Welo Opaal

Mineralogische eigenschappen
Naam: Ethiopische opaal
Chemische formule: SiO₂·nH₂O (siliciumdioxide met water)
Mineralen groep: Oxiden
Kleur: Variabel, van melkachtig wit tot helder, vaak met een opvallend kleurenspel (opalescentie) in het rood, groen, blauw of geel
Hardheid: 5,5 – 6,5 op de Mohs-schaal (gemiddeld hard, maar gevoelig voor krassen)
Glans: Glasachtig tot parelmoerachtig
Transparantie: Doorschijnend tot doorzichtig
Kristalsysteem: Amorfe structuur (zonder vaste kristalvorm).

Ontstaan van Ethiopische opaal
Ethiopische opaal wordt gevormd in vulkanisch gesteente. Het ontstaat wanneer water doordringt in silica-rijk gesteente, zoals rhyoliet of basalt. Het water lost silica op, dat zich vervolgens in kleine holtes afzet en een gelachtige substantie vormt. Na verloop van tijd verhardt deze substantie tot opaal.

De vindplaatsen van Ethiopische opaal bevinden zich voornamelijk in de provincie Wollo en het Shewa-gebied. De opaal uit Ethiopië staat bekend om zijn levendige kleurenspel en unieke patronen.

Geschiedenis
Hoewel opaal al duizenden jaren bekend is, werd Ethiopische opaal pas in 1994 ontdekt in het Shewa-gebied. Een tweede belangrijke ontdekking vond plaats in 2008 in Wollo, Ethiopië. Sindsdien is Ethiopische opaal wereldwijd populair geworden vanwege het intensieve kleurenspel en de vaak meer betaalbare prijs in vergelijking met Australische opaal.

Bijzondere eigenschappen
Kleurenspel: Ethiopische opaal is beroemd om zijn opalescentie, waarbij het licht in alle kleuren van de regenboog weerkaatst. Dit effect wordt veroorzaakt door microscopisch kleine silica-balletjes die licht buigen en breken.
Watergehalte: Ethiopische opalen bevatten vaak meer water (tot 10%) dan andere opalen, waardoor ze gevoeliger zijn voor uitdroging en barsten.
Transparantie: Deze opaalsoort is vaak helderder en doorschijnender dan andere soorten.

Interessante weetjes
• Ethiopische opaal kan water opnemen. Hierdoor kunnen sommige stenen tijdelijk hun kleurenspel verliezen, maar dit keert terug zodra ze opdrogen.
• Het wordt vaak “vuur-opaal” genoemd vanwege de opvallende, vurige kleuren in sommige exemplaren.
• Ethiopische opalen zijn over het algemeen minder duur dan Australische opalen, maar vanwege hun unieke eigenschappen worden ze steeds waardevoller.

Charoiet

Mineralogische eigenschappen
Naam: Charoïet
Chemische formule: (K,Na)₅(Ca,Ba,Sr)₈Si₆O₁₆·3H₂O
Mineralen groep: Silicaten
Kleur: Paars, van lila tot dieppaars, vaak met zwarte, witte of grijze patronen
Hardheid: 5 – 6 op de Mohs-schaal (gemiddeld hard)
Glans: Zijdemat tot glasachtig
Transparantie: Opaak tot licht doorschijnend
Kristalsysteem: Monoklien (de kristallen hebben een asymmetrische vorm met schuine hoeken).

Ontstaan van Charoïet
Charoïet ontstaat in een zeldzaam geologisch proces in Siberië, Rusland. Het wordt gevormd in metamorf gesteente wanneer alkalische magma (een soort magma dat rijk is aan natrium en kalium) in contact komt met kalksteen. Door chemische reacties onder hoge druk en temperaturen ontstaan er nieuwe mineralen, waaronder charoïet.

Dit proces is zo uniek dat charoïet alleen gevonden wordt op één plek ter wereld: de Charo-depressie in Siberië, nabij de rivier de Chara. Deze regio in Rusland levert alle charoïet die wereldwijd bekend is, wat het mineraal zeer zeldzaam maakt.

Geschiedenis
Charoïet werd in de jaren 1940 ontdekt in Siberië, Rusland, maar het duurde tot 1978 voordat het officieel werd erkend als mineraal. De naam komt van de rivier de Chara, die dicht bij de vindplaats stroomt. Door zijn opvallende paarse kleur en prachtige patronen werd charoïet al snel populair voor gebruik in sieraden en decoratieve objecten.

Bijzondere eigenschappen
• Wervelende patronen: De unieke, bijna marmerachtige structuren met tinten van paars, zwart en wit maken charoïet tot een visueel indrukwekkend mineraal.
• Zeldzaamheid: Omdat charoïet alleen in Siberië wordt gevonden, is het een van de zeldzaamste decoratieve stenen.
• Glanzend uiterlijk: Gepolijste charoïet heeft een zijdeachtige glans.

Interessante weetjes
• Charoïet is een van de weinige mineralen met een intense natuurlijke paarse kleur.
• Door de hardheid is het goed te slijpen en wordt daarom vaak gebruikt in sieraden zoals hangers en armbanden.

Bergkristal

Mineralogische eigenschappen
Naam: Bergkristal
Chemische formule: SiO₂ (siliciumdioxide)
Mineralen groep: Kwarts
Kleur: Kleurloos en helder, soms met kleine insluitsels
Hardheid: 7 op de Mohs-schaal (redelijk hard)
Glans: Glasachtig
Transparantie: Doorschijnend tot volledig doorzichtig
Kristalsysteem: Trigonaal (kristallen hebben vaak een zeshoekige vorm met een punt aan het einde).

Ontstaan van Bergkristal
Bergkristal wordt gevormd in holtes van gesteenten wanneer silica-rijk water langzaam afkoelt en verdampt. Tijdens dit proces groeien de kristallen uit in een kenmerkende zeshoekige vorm. Dit kan gebeuren in stollingsgesteenten, zoals graniet, of in metamorfe gesteenten.

De meest heldere en zuivere bergkristallen komen vaak uit landen zoals Brazilië, Madagaskar en Zwitserland, waar de omstandigheden ideaal zijn geweest voor hun groei.

Geschiedenis
De naam “bergkristal” komt van het Griekse woord krystallos, wat “ijs” betekent. De oude Grieken dachten namelijk dat het een soort bevroren water was dat nooit smolt. Door de eeuwen heen is bergkristal gewaardeerd om zijn schoonheid en helderheid. Het werd gebruikt in sieraden, gesneden in kunstvoorwerpen en zelfs in wetenschappelijke instrumenten, zoals lenzen.

Bijzondere eigenschappen
• Heldere kristallen: Zuiver bergkristal is volledig transparant en wordt vaak beschouwd als “perfect”.
• Piëzo-elektrisch effect: Wanneer druk op een kristal wordt uitgeoefend, kan het een elektrische lading opwekken. Dit maakt het nuttig in technologie, zoals in horloges en elektronica.
• Groeipatronen: Kleine insluitsels van andere mineralen kunnen unieke patronen of regenboogeffecten veroorzaken. Vaak wordt dit lodoliet genoemd.

Interessante weetjes
• Bergkristal is de puurste vorm van kwarts en heeft geen kleur door het ontbreken van onzuiverheden.
• Het wordt soms verward met apofyliet, maar je kunt het verschil zien door de kristalstructuur van bergkristal. Bergkristal heeft namelijk 6 hoeken en apofyliet 4.
• In de middeleeuwen geloofden mensen dat bergkristal genezende krachten had en het werd vaak gedragen als amulet.
• Grote bergkristallen zijn zeldzaam en kunnen duizenden jaren nodig hebben gehad om te groeien.

Labradoriet

Mineralogische eigenschappen
• Naam: Labradoriet
• Samenstelling: Een veldspaatmineraal (plagioklaas), chemisch aangeduid als (Ca,Na)(Al,Si)₄O₈.
• Kleur: Grijs tot donkergrijs met een glanzend spel van kleuren, zoals blauw, groen, geel en oranje (labradorescentie).
• Hardheid: 6 – 6,5 op de Mohs-schaal (redelijk hard).
• Glans: Glasachtig tot parelmoerachtig
• Transparantie: Opaak tot doorschijnend
• Kristalsysteem: Triklien (de kristallen hebben drie ongelijke assen die allemaal onder een schuine hoek staan).

Ontstaan van Labradoriet
Labradoriet ontstaat diep in de aardkorst, meestal in stollingsgesteenten zoals gabbro en anorthosiet. Tijdens de langzame afkoeling van magma vormen zich kristallen, waarbij de unieke lagenstructuur van labradoriet ontstaat. Deze lagen zorgen voor de opvallende kleurenspelingen, die optreden als licht wordt gebroken en weerkaatst in het mineraal.

De mooiste exemplaren worden gevonden in Canada, Finland, Madagaskar en Rusland. Labradoriet is vernoemd naar het schiereiland Labrador in Canada, waar het in 1770 voor het eerst werd ontdekt.

Geschiedenis
Labradoriet werd door de Inuit beschouwd als een mystieke steen die het noorderlicht gevangen hield. De Europese ontdekking werd toegeschreven aan missionarissen in Canada in de 18e eeuw. Het gebruik ervan in sieraden en decoratieve objecten verspreidde zich snel door Europa. Tegenwoordig is labradoriet geliefd vanwege zijn fascinerende spel van kleuren, dat het tot een populaire edelsteen maakt.

Bijzondere eigenschappen
• Labradorescentie: Het opvallende kleurenspel van labradoriet wordt veroorzaakt door licht dat weerkaatst in microscopisch kleine lagen in het kristal. Dit fenomeen toont vaak blauw, groen, goud en soms zelfs paars.
• Stevigheid: Labradoriet is harder dan veel andere sierstenen, waardoor het geschikt is voor dagelijks gebruik in sieraden.
• Unieke: Geen twee stukken labradoriet zijn hetzelfde, vanwege de unieke kleurenspelingen.

Interessante weetjes
• Het mineraal wordt vaak gebruikt in sieraden, maar ook in grotere stukken als decoratief materiaal, zoals tafelbladen en sculpturen.
• De naam “spectroliet” wordt gebruikt voor een bijzonder kleurrijke variëteit uit Finland. Deze is vaak volledig zwart van kleur.

Lapis Lazuli

Mineralogische eigenschappen
• Naam: Lapis Lazuli
• Samenstelling: Een gesteente dat vooral bestaat uit lazuriet, met kleine hoeveelheden calciet, pyriet en andere mineralen.
• Kleur: Diepblauw, vaak met gouden spikkels (van pyriet) en witte vlekjes (van calciet).
• Hardheid: 5 – 5,5 op de Mohs-schaal (middelhard, kan krassen).
• Glans: Mat tot licht glasachtig
• Transparantie: Opaak (niet doorschijnend)
• Gesteentetype: Metamorf gesteente

Ontstaan van Lapis Lazuli
Lapis Lazuli ontstaat diep onder de grond, in gebieden waar kalksteen onder druk en hitte wordt omgezet in marmer. Tijdens dit proces worden chemische elementen zoals zwavel, aluminium en natrium samengeperst, waardoor het blauwe mineraal lazuriet wordt gevormd. Andere mineralen, zoals pyriet en calciet, komen erbij en geven de steen zijn gouden en witte details.

De mooiste lapis lazuli komt uit Afghanistan, waar het al duizenden jaren wordt gedolven in ruige bergen. Andere vindplaatsen zijn onder meer Chili, Rusland en Pakistan.

Geschiedenis
Lapis Lazuli is een van de oudste bekende edelstenen en werd al 6.000 jaar geleden in het oude Mesopotamië, Egypte en Perzië gewaardeerd. In het oude Egypte werd het gemalen tot poeder om als blauw pigment te gebruiken voor schilderijen en make-up. De naam komt uit het Latijn (lapis betekent “steen”) en het Arabisch/Persisch (lazuli betekent “blauw”). In de middeleeuwen werd het blauw van lapis lazuli, bekend als ultramarijn, gebruikt voor de mooiste schilderijen.

Bijzondere eigenschappen
• Unieke combinatie van kleuren: Het diepe blauw, gecombineerd met gouden pyrietvlekjes, maakt lapis lazuli direct herkenbaar.
• Blauw pigment: Het werd eeuwenlang gebruikt om verf te maken, vooral in kunstwerken van hoge kwaliteit.
• Kostbaarheid: In de oudheid was lapis lazuli net zo waardevol als goud.

Interessante weetjes
• Lapis Lazuli is een gesteente, geen puur mineraal. Het bevat een mix van verschillende stoffen.
• Lapis Lazuli is gevonden in het dodenmasker van Toetanchamon
• Als het te veel witte calciet bevat, wordt het minder waardevol. Het mooiste lapis lazuli is egaal blauw met slechts een beetje pyriet.